Preek van de week

Een preek is een moment opname.  Een gesproken tekst, uit het hart van de verkondiger. Soms willen mensen het even nalezen en dat kan nu via de website: ‘preek van de week.’ Bedenk wel: het is een raamwerk, het belangrijkste staat erin, maar gesproken zal het altijd anders zijn want dat hangt ook af van de mensen die op dat moment aanwezig zijn.

Pastoor van der Vegt.

16-17 september 2023
9-10 september 2023
2-3 september 2023
26-27 augustus 2023
19-20 augustus 2023
  • 24e zondag24e zondag door het jaar.
  • 1e lezing: Jezus Sirach 27,30- 28 1-7
  • 2elezing: Romeinen 14,7-9
  • Evangelie: Matt 18,21-35

Overweldigend zijn de lezingen van nu. Men kan er geen enkel bezwaar tegenin brengen. Wellicht geen ander stuk dan dit uit het bijbel en het “Onze Vader “dat ons op een dramatische manier de omvang van onze zondige liefdeloosheid voor ogen stelt.

Aan één stuk door eisen wij van onze medemensen op, wat zij ons schuldig zijn, volgens onze mening, zonder er een ogenblik aan te denken, welke schuld God ons volledig heeft kwijtgescholden. Voor God staan wij allemaal als eenvoudige bedelaars. Te vaak bidden wij onverschillig de bede van het “Onze Vader”: vergeef ons onze schuld, zoals ook wij … Wij overwegen niet, hoe weinig wij afstand doen van onze aardse rechten, hoewel God tegenover ons afstand doet van de hemelse rechten. Hij buigt zich als het ware naar ons toe.

De eerste lezing weet dit alles tot in het kleinste detail. Voor de medemens heeft de mens, geen erbarmen, maar van de Heer verlangt hij totale kwijtschelding

Kan een mens die tegenover een medemens in zijn gramschap volhard, bij de Heer zijn heil komen zoeken?

Dat is voor de Wijze van het oude testament een onmogelijkheid. De Wijze verwijst naar Gods Verbond, niet naar een medemenselijk gevoel. Gods verbond van onuitputtelijke liefde, Hij vergeeft, totaal, helemaal. Doe dan evenzo, bij uw medemens!!!!!!

Wrok, en gramschap zijn iets afschuwelijks. Alleen een zondaar blijft daar mee rondlopen. Toch spreekt het evangelie over de toorn van de koning: “ Jij lelijke knecht”, die door de koning in de gevangenis wordt gegooid, met andere woorden, wordt overgelaten aan de gerechtigheid die die knecht voor zichzelf verlangt.

Hij weigert zijn medeknecht vergeving. Gods toorn is de reactie die de liefdeloze mens oproept in het licht van Gods oneindige liefde. God veroordeelt niet, het is de liefdeloosheid van de mens die het oordeel maakt.

De liefdeloze, die de goddelijke erbarming niet in zich toelaat, omdat hij de vergeving van schuld slechts verstaat in egoïstische zin, deze persoon veroordeeld zichzelf.

Niet voor niets spreekt Paulus in de tweede lezing: “Zolang wij leven, leven wij voor de Heer. Hem behoren wij toe” Dus niet onszelf!  Wat een uitdaging om dat te laten zien in je leven als Christen!

Hoe groot is de oproep van Jezus om vergiffenis te schenken, barmhartigheid uit te oefenen in ons persoonlijk leven. Bedenk ons spreken, handelen, doen en laten heeft gevolgen voor onze band met God, de medemens en onszelf. Wij hebben het grote vermogen op te bouwen en af te breken: de wereld te maken en te vernietigen, ons leven en dat van onze medemens tot een hemel of tot een hel te maken.

Hoe groot vandaag de aansporing van Jezus: “Gebruik Gods liefde, en genade”. Kom tot Hem in het sacrament van boete en verzoening; de biecht. Gebruik de genezing die God biedt, door Jezus zijn Zoon, door het werk van de kerk in dit grote sacrament. Daar staan; berouw( spijt hebben) belijdenis( het uitspreken) vergiffenis( kwijtschelding en vrijspraak) centraal. Daar kunnen wij als mens met een schone bladzijde opnieuw beginnen. Al is ons leven nog zo`n grote puinhoop, al lijkt alles zo verloren: in Gods liefde is genezing en het nieuw begin mogelijk, zelfs voor mensen die 20 seconden na Gods vergeving weer in dezelfde fout vervallen.

Veroordeel uzelf niet door te zeggen: niet nodig, ik zoek het zelf wel uit. Maak God niet vleugellam door eigen ingekeerdheid. Breek daar uit en gun U zelf een nieuwe toekomst.

  • Mattheus 18:201e lezing : Ezechiel 33,7-9
  • 2e lezing: Romeinen 13,8-10
  • Evangelie : Matteus 18,15-20

Het leven stelt vragen, heel concreet, heel reeel, het raakt ons als mens en je kunt niet ontsnappen. Even voor mensen die geloven, zijn er fundamentele vragen, waar je een leven lang mee bezig bent.

Soms direct antwoord, soms groei-antwoorden, soms blijven de vragen. Goede antwoorden geven op de vragen die het leven stelt, dat is een kunst.

Vandaag zo`n indringende vraag: hoe ga je als mens om met anderen in je omgeving die mensen pijn doen.

God zegt al in het oude testament bij mondde van de profeet Ezechiel: Als mens ben je hoeder van je naaste. doet hij verkeerde dingen; zwijg dan niet, wendt je hoofd niet af, maar stap er op af: handel. Red zijn en jouw eigen leven!

Jezus gaat daarop door: Als er conflicten zijn in gezin, familie, werk of kerk of samenleving, ga in gesprek. Spreek met elkaar, leg het open in bij- en hoofdzaken. Probeer boven water te krijgen waar het werkelijk om draait. Zeker als mensen van geloof en kerk hebben wij een bijzondere band met elkaar en met de wereld. En dus een bijzondere opgave!

Spreken met elkaar, vraagt om geduld, open communicatielijnen, een open houding.

Het lijkt wel of dat in onze tijd, steeds moeilijker wordt: Tijd, aandacht, concentratie? Is het op te brengen? Jezus roept ons op om twee dingen niet te doen:

1e spreken over elkaar, in plaats van met elkaar. Een hoofdzonde!

Ten 2e het zwijgen er toedoen, en je hoofd af te wenden. Ook een hoofzonde!

Spreken met elkaar, onder 4 ogen, lukt dit niet, haal er dan een ander bij, lukt dit nog niet dan, leg het dan voor aan de kerkgemeenschap.  Zo biedt het gebod van de liefde een open houding en alle mogelijkheden aan.

Wie daarna nog gesloten blijft, stelt zichzelf buiten de gemeenschap. Toch!  De kerk bevestigt wat de mens op dat moment voor zichzelf besloten heeft. Zelfs voor hem of haar blijven Gods oren geopend, want de oproep tot bekering van die mens blijft overeind staan.

De liefde roept ons op om niet alles onder het tapijt te vegen, met de mededeling: ach daar spreken wij nog wel een keer over, maar nu niet! De liefde roept ons op om te gaan staan in de waarheid en dat bespreekbaar te maken wat bespreekbaar moet worden. Onze geloofsgemeenschap heeft een band met Jezus Christus. Wij verkondigen zijn dood en vieren samen vanuit Christus`verrijzenis.

Zo zijn wij aan elkaar gegeven en elkaar hoeders. Daar ligt onze kracht en opdracht voor een ieder van ons voor de wereld. Jezus is vandaag geen therapeut, maar de persoon die alles wat ons mensen beweegt, dwarszit, blij of verdrietig maakt te brengen voor het aanschijn van de Hemelse Vader. De waarheid maakt ons vrij, zij zaagt niet aan de poten van onze waardigheid, maar roept op, om door onze waardigheid heen ook de waardigheid van de medemens serieus te nemen.

Wanneer wij onze medemens gewonnen hebben voor de waarheid, dan kunnen wij vragen en het zal ons gegeven worden. Ik zeg U, zo spreekt Jezus vandaag. Het is een openbaring van geloof. Is het niet zo dat Jezus zelf daarvoor garant staat? Hij die zijn leven heeft gegeven aan het kruis, om ons dat te geven waar wij met zijn allen toch zo wanhopig naar op zoek zijn: leven, in de volle zin van het woord. Leven voor Gods aangezicht.

22e zondag van het jaar

  • 1e lezing  Jer 10-7-9
  • 2e lezing  Rom 12,1-2
  • Evangelie Matt 16,21-27

Je huilt, dikke tranen biggelen over je wangen, je hebt het niet meer in de greep, het glipt tussen je vingers door, onmacht, in een woord gezegd.

Je huilt, dikke tranen biggelen over je wangen, diep in je hart een laaiende vreugde, je voelt alsof je de hele wereld aankunt. Je voelt je machtig, groter dan de hoogste berg.

Emoties, gevoelens zijn wonderlijke dingen. Als mensen huilen, kan dat uit onmacht of uit macht zijn, echt verdriet, of vreugdetranen. Ons gevoelen uitten zich en vaak op een lichamelijke manier. Daar is niets verkeerds mee.

Gelukkig niet. Jeremia klaagt, hij voelt de onmacht. Hij slooft zich uit en de last van het profeet zijn, het postbode van God zijn, wordt hem te zwaar. Onmacht dat zich uit in: “ik hou er mee op. God, bekijk het maar”. Maar dan een keerpunt: “als ik ophoud, laait er een onuitblusbaar vuur in mij op, ik moet doorgaan”. God heeft hem niet verlaten, maar laat zien dat in de onmacht van de mens Hij de macht en de kracht wil geven. Met andere woorden: “mens: doe een stap achteruit, dan kan ik, God, aan de slag”.

Menselijke onmacht- Gods kracht

Petrus krijgt van Jezus te horen: “ga weg, achter Mij. Menselijke overwegingen leiden jou”. Wie Jezus wil volgen en in de vertrouwdheid van leerling wil leven met Jezus, zal achter Jezus moeten gaan staan. Dat betekent: “jezelf af durven vragen: wat wil de Heer?” Een kleine heilige, Teresia van Lisieux heeft het nooit over God die vanuit de hemel alles wil en leidt. Zij spreekt over de liefde van God die ieder mens bemind, machtigen en onmachtigen. Die liefde van God is het vuur in je binnenste, het vuur in je gebeente dat in iedere situatie waarin je je als mens bevindt weer oplaait, om je over je onmacht heen te helpen, of om je macht achter je te laten.

In ieder van ons zit een element van macht en onmacht.

in al onze menselijke overwegingen en gedachten, ja zelfs in al ons doen en laten. Aan de ene kant ons streven om ons best te doen, ja soms zelfs ons streven om ons beter voor te doen als wij zijn. Aan de andere kant ons zielig zijn als het niet lukt, zoals wij dat graag zouden zien. Het uit zich. Hoe doorbreek je dit?

Wie achter Jezus gaat staan, wie zich afvraagt:” wat wil de Heer van mij”, zal het vuur van Gods liefde voelen, door alle macht en onmacht heen in je leven.

Het vuur van Gods liefde, wordt ons gegeven iedere dag, daarom staat het woord van Jezus, het evangelie haaks op het levensgevoel van mensen 2023. Wie mijn volgeling wil zijn moet mij volgen, door zichzelf te verloochenen en zijn kruis op te nemen. Woorden van Jezus, het staat er vandaag: Kruis, offer, versterving. Laten wij eerlijk zijn. Ons geloof is veeleisend. Alleen door ons geloof in de levende Heer, in ons onvoorwaardelijk volgen, komen, tegenslag, pijn, lijden, en zelfs de dood in een ander daglicht te staan. Door dit alles heen gloeit het vuur van God, die door alles heen ons leven vruchtbaar maakt voor de toekomst. Wie dat volhoudt, breekt door alles menselijke grenzen heen: zowel door menselijke macht als ook door menselijke onmacht. Wie leeft vanuit God: wint. Wie durft te zeggen: “Heer, hier ben ik”, zal het “vuur” van God, dat al in hem smeult, ook gebruiken en komen tot een leven met grote mogelijkheden en zelfs boven de onmacht en macht uitstijgen.

  • 1e lezing1e lezing :Jes 22,19-23
  • 2e lezing: Rom 11,33-36
  • Evangelie: Mattheus 16,13-120

Wie kan ik vertrouwen en aan wie kan ik mijn sleutels toevertrouwen? Redelijke vragen in een onzekere samenleving. Het evangelie spreekt over rots, een vast ankerpunt. De eerste lezing en het evangelie spreken over sleutels, die iets openen en sluiten. Sleutels waren in de oudheid groot, je kon ze over de schouder dragen

Aan de rots en de sleutels gaat iets belangrijks vooraf: een belofte, een geloofsbelijdenis. Je ontvangt nooit iets zomaar, maar altijd met een bedoeling. Zeker geldt dit voor God.

De mens uit zichzelf kent jezus niet Dat blijkt al uit de antwoorden van de leerlingen: Johannes de Doper, Elia, één van de profeten.  Jezus noemt zich Mensenzoon. Daarin schuilt zwakheid en kracht. De mensenzoon heeft niets om zijn hoofd op te leggen Matt 8,20 Hij wordt overgeleverd Matt 20,28 gekomen om te dienen. Daarnaast ook de mensenzoon zal zijn engelen uitzenden Matt 13,14 bij de wederkomst gezeten op de troon van zijn heerlijkheid (19,28) Zwakheid en sterkte dat maakt het geheim van Jezus zo ondoordringbaar. Juist in de aanvaarding van die zwakte en sterkte van Jezus, als Mensenzoon door ons ligt onze redding

De opvatting van mensen is gebroken, verdeeld, gefragmenteerd. Gods antwoord is één. Het lijkt erop dat Jezus twee soorten mensen onderscheid: één die zich laat leiden door vlees en bloed, de ander die zich laat leiden door God zelf. Petrus laat zich leiden door God. Worden er dan speciale mensen tot de kerk geroepen? Nee Niet de gelovigen zijn uit zichzelf anders, maar Jezus is anders. Door met Jezus om te gaan wordt iemand anders. En doordat wij in de kerk samen met Jezus omgaan, begingen wij ons als groep af te tekenen tegenover ander mensen. Wij krijgen een ander levensgevoel, andere moraal, een andere maatschappijopvatting, een ander lichaam. Kerk is wezenlijk anders! Dat anders zijn wil de kerk behouden, alleen zo kan zij de wereld veranderen: wordt mensen met een andere visie (Rom 12,2)

Petrus antwoordt namens de anderen. Hij is de eerstgeroepen Al tijdens Jezus `leven was er sprake van een hiërarchie, een rangorde, een heilig leiderschap. Niet menselijk inzicht geeft Petrus het antwoord, maar het licht van God. Hier wijst Jezus ons erop dat het kennen en beminnen van God een directe deelname aan God is. Mijn geloof is een deelname aan het kennen en beminnen van God, de Vader, Zoon en Geest. In het hart van de drie-ene God is de kerk ontstaan en ontstaat zij steeds weer. Besef dit als je het kruisteken maakt. Op dat moment vernieuwt zich de kerk. Niet door synodale processen oeverloze vergaderingen, herstructurering. Gebruik de Kerk niet voor eigen doeleinden! Dat geldt voor iedereen!

Kerkvernieuwing begint in gebed (zie tweede lezing)

Een mens, vergankelijk als alle anderen wordt tot rots gemaakt, tot sleuteldrager. Bij het overhandigen van dit geschenk door Jezus zit een levenslange garantie; een eeuwige garantie. Ik, Jezus zal mijn kerk bouwen op jou: Rots. De zuivere belijdenis is in Jezus `kerk doodsbestendig. Hier gaat het om het ambt, niet meer om de persoon. Binden en ontbinden, insluiten of buitensluiten uit het rijk der hemelen God in de hemel staat garant voor zijn kerk op aarde. Het is niet verbazingwekkend dat mensen het daar moeilijk mee hebben. Goed te bedenken is dat als Jezus werkelijk tegenwoordig is in zijn Kerk, dan is de stem van de kerk niet zomaar iets, maar vraagt het een geloofsgehoorzaamheid van ons. Zijn werkelijke  tegenwoordigheid maakt deel uit van het geheim dat de kerk is, als lijdende kerk( in het vagevuur) , strijdende ( hier op aarde)en triomferende kerk. Daarom spreekt het evangelie eerst over het verkondigen van het geloof, vervolgens het heiligen van de gelovigen, en daarna het besturen van de kerkgemeenschap.

Om het met Paulus te zeggen in de tweede lezing: “Uit Jezus, door Jezus en voor Jezus zijn alle dingen. Hem zij de glorie in eeuwigheid. Amen” Dat beamen wij nu!

  • De 20e zondag1e Lezing Jes 56, 1,6-7
  • 2e lezing Romeinen 11, 13-15. 29-32
  • Evangelie Mattheüs 15,21-28

Een vervelende zeur, een drammerige vrouw,  dat is onze eerste reactie, net als die van de leerlingen van Jezus. Maar is dit zo? Ze weet wie Jezus is! Ze werpt zich aan zijn voeten. Ze spreekt Jezus niet tegen, maar gaat een stap verder. De grenzen tussen ongeloof en geloof worden doorbroken. Gods heil is onuitputtelijk Gelovigen en ongelovigen staan voor vragen die niet opgelost kunnen worden door menselijke wijsheid,  inventieve ontdekkingen, meesterlijk mensen  vernuft.  Ongelovigen en gelovigen staan in dezelfde werkelijkheid.  In dit evangelie wordt aan ongelovigen en gelovigen hetzelfde antwoord gegeven:  De vrouw heeft een groot geloof!

Dat is voor ongelovigen niet te verteren. Je dochter is van de duivel bezeten, dat is al pure inbeelding. De duivel bestaat niet, en het kwaad kan als wij slimmer worden,  technisch beter,  overwonnen worden. Kwaad in de mens bestaat niet en het kwaad in de wereld is ook maar een verschijnsel dat wij de baas kunnen worden, alles op zijn tijd.  Geweld, lichamelijk of geestelijk, daar hebben wij onze specialisten voor, onze gezondheidszorg en als niet helpt dan medicatie of het zoeken in allerlei vreemde esoterische zaken, die allen gemeen hebben dat zij enorme pijn doen in onze portmonnee.

Dit is voor gelovigen koren op de molen, de vrouw met een groot geloof. Zie je wel daar draait het om.  Als je maar gelooft komt alles goed,  is er geen vuiltje aan de lucht. Zie je wel, wij hebben gelijk.

Beide benaderingswijzen slaan volledig de plank mis.

Het gaat niet om menselijk heil, menselijk benadering of wensdenken. God is aan het werk!. Onderhoud het recht en doet wat rechtvaardig is, want mijn heil is in aantocht.  Een uitspraak van  de profeet Jesaja in de 6e eeuw voor Christus.  Toen actueel, nu actueel! Ongelovig of gelovig, beiden lappen deze oproep aan hun laars.

De ongelovigen omdat zij denken dat het recht en wat rechtvaardig is komt uit hun eigen koker.

De gelovigen omdat zij nu al denken Gods woord helemaal begrepen te hebben en uitvoeren, wat ontkent wordt door de harde werkelijkheid. Denken dat je door te geloven een perfect mens al bent is hoogmoed.

De vrouw in het evangelie weet wie Jezus aanduidt met honden: haar stamgenoten, profiteurs, zelfs verrijkers, mensen die op de puinhopen van anderen victorie kraaien en over ruggen van anderen rijk worden door plundering en  geweld.

Gods Woord en kracht kent geen grenzen, loopt door alle vormen van samenlevingen en culturen heen. De vrouw blijft Jezus maar achterna lopen, blijft Jezus en zijn leerlingen maar achterna  roepen.

Daar wordt ons allen een les geleerd:

De ongelovige die niet achter Jezus aanloopt en roept, zal verdwalen in de woestijn van totale eenzaamheid en omkomen door zijn eigen uitvindingen, wijsheden en ontdekkingen. Voorbeelden zijn er al te over:  Spermadonoren – doorgeven van erfelijke ziekten – onzekerheden bij verwekte kinderen die opgroeien. Het zoeken naar biologische ouders.  De oude grieken kenden al de doos van pandora. Een doos die je nooit mocht openen, want dan zou er een lawine van ellende over je uitgestort worden. Nu word alles uit elkaar gerukt, de innerlijke orde, natuurlijke verbanden verbroken. En dat onder het ene spreekwoord: “alles moet kunnen! Baas in eigen leven! ”

De gelovige die een tijdje achter Jezus aanloopt en roept en dan denkt: nu weet ik het wel. Tijd om mijn of onze eigen weg te gaan.  Ook deze zal verdwalen. De gelovige die niet meer achter Jezus aanloopt en zijn eigen geloof als bouwpakket samenstelt. Meestal samen te vatten in: “lief zijn voor elkaar”. De gelovige die niet meer achter Jezus aanroept en een eigen beeld van Jezus in elkaar knutselt, en een eigen kerkje sticht, zelfs in bestaande gemeenschappen. Deze mensen met hun eigen wegen – los van Jezus-  die alle anderen die wel Jezus willen volgen en net als de vrouw, achter Jezus aanlopen en roepen, wil uitroeien omdat ze storend zijn … Ook Jezus leerlingen worden terecht gewezen, vergeet dat niet.

Uw geloof, vrouw!:  dat betekent, dat je weet, belijd en praktiseert en weet wie ik ben, zegt Jezus. Dat breekt door alle grenzen heen. Dit zijn de brandoffers, gebeden die aangenaam zijn voor God.  Zij laten iets zien van de onuitputtelijkheid van Gods liefde. Wie weet wie Jezus is, dat belijd in woord en daad, trouw aan de traditie van onze Kerk, trouw aan Jezus en zijn dienaar wil zijn, trouw aan zijn verbond, die leeft in het huis van de Heer, het huis van gebed. Dan hebben wij genoeg aan de kruimels van genade, liefde en vrede. Laten wij ons door niets uit het veld slaan, bouwen wij aan onze innerlijke verbonden met God in Christus Jezus, onze Heer. Hij roept ons, niet omgekeerd!