Een hongerdoek, is een doek dat tijdens de veertigdagentijd (de vastentijd) wordt gebruikt. Deze traditie gaat terug tot de middeleeuwen en had als doel om ons als gelovigen te helpen om ons te concentreren op bezinning en boete tijdens de vastentijd.
De aankomende periode besteden we wekelijks aandacht aan dit hongerdoek ‘Samen dromen – Liefde zij daad’. Het is geschilderd door de uit het Duitse Erfurt afkomstige kunstenares Konstanze Trommer.
Het hongerdoek toont een eiland met kinderen uit verschillende landen, wat vragen oproept over hun toekomst en levensomstandigheden. Wij dragen de verantwoordelijkheid om een leefbare wereld voor onze kinderen achter te laten. Op de website plaatsen we elke week een korte beschouwing over dit doek om in deze tijd inspiratie en nieuwe wegen te vinden. Het centrale thema voor de komende weken is ‘Pelgrims van Hoop’.
Op de afbeelding van ons hongerdoek ziet u bovenaan, een helikopter, die lijkt af te zwenken.
Net zoals vele andere details op de hongerdoek, roept ook deze helikopter vragen op. Heeft de bemanning net hulpgoederen gebracht? We zien ook nog een jerrycan met water rechts vooraan drijven. Of is het de opdracht van de bemanning om de kinderen in de gaten te houden, omdat de machtshebbers bang zijn dat deze kinderen iets nieuws gaan beginnen dat hun positie in gevaar kan brengen? We zullen, zelfs met de beste bedoelingen, altijd fouten maken, niemand van ons kan zich daaraan onttrekken.
Maar we kunnen gelukkig ook altijd opnieuw beginnen, in de hoop dat we het dan beter zullen doen, Zo hebben we uit de lezingen van deze zondag meegenomen. Misschien maken we wel fouten door de manier waarop we in Nederland en in het Westen ontwikkelingssamenwerking invullen. Vaak is er van ‘samenwerking’ geen sprake, maar is het veel meer een eenrichtingsverkeer: wie betaalt, bepaalt. Soms is noodhulp, bij rampen en dergelijke, noodzakelijk, zoals de kinderen op de doek behoefte hebben aan water en voedsel om te overleven.
Maar we zouden bij het steunen van projecten, hoe nodig op zichzelf, ook steeds zelfredzaamheid en duurzaamheid op het oog moeten hebben. Niet wij als ‘gulle gevers’, maar de mensen ter plekke moeten bepalen wat de doelen van hun ontwikkelingsproject zijn en op welke manier ze die willen bereiken. Uiteindelijk zou een actie als Vastenactie niet nodig hoeven te zijn.
Zoals uiteindelijk ook de kinderen op het eiland uit hun isolement gehaald moeten worden. Maar om mensen een echte kans te geven een nieuw begin te maken, moeten oorzaken van armoede en klimaatverandering aangepakt worden. Het hongerdoek is een uitnodiging en oproep om in deze vastentijd na te denken over onze manier van leven als oorzaak van armoede en milieu-achteruitgang en een nieuw begin te maken met meer solidariteit en duurzaamheid.
Week 4 – zondag 30 maart 2025 – De nieuwe toekomst
Soms lijken wij in onze houding op de oudste zoon uit het Evangelie van vandaag, de zoon die op zijn strepen ging staan, overtuigd van zijn eigen gelijk en van zijn eigen verdiensten.
Het hongerdoek Samen Dromen – Liefde zij daad, welke we nu hier zien, wijst op het belang van samenwerken om samen te kunnen dromen van een betere toekomst. Alle kinderen op de afbeelding zijn betrokken op elkaar en op hun omgeving. En op de doek kunnen we ook een aantal dieren zien, die symbool staan voor samenwerken en een nieuw begin. Grienden, een dolfijnsoort, die om het eiland heen zwemmen, staan bekend als sociale dieren, die gezamenlijk jagen en spelen om hun sociale omgang te oefenen.
Ook de ringstaartmaki, een halfaap, die in Madagaskar voorkomt, staat bekend om de sociale omgang in groepen. De ringstaartmaki op de hongerdoek lijkt in de armen van de jongen in het water te willen springen. Die staat, als het ware hunkerend naar een nieuw begin, met open armen de maki op te wachten.
Ook de ooievaars staan symbool voor een nieuw begin. Ooievaars die tot hoog in de lucht kunnen vliegen zijn in veel culturen ook een soort boodschapper van God. Om samen te dromen over een nieuw begin naar een wereld vol van duurzaamheid en sociale cohesie, zoals God die wil, zullen we ons eigen gelijk tussen haakjes moeten zetten en erkennen dat veel ons in de schoot geworpen is. Zullen we onze eigen verdiensten moeten relativeren. Zullen we ook tot daden van liefde voor medemens en milieu moeten komen, zonder ons eigenbelang op de eerste plek te zetten. De vastentijd is een blijft een goede tijd van bezinning daarover.
Het hongerdoek ‘Samen Dromen- liefde zij draad ‘neemt ons deze week mee naar een tweezijdig beeld. Aan de ene kant zien we een mooie blauwe hemel, geen vuiltje aan de lucht. Maar aan de andere kant doemt in de verte onweer op en een tornado. Donkere wolken doemen op, zowel op het hongerdoek, maar ook in werkelijkheid.
Donkere wolken van de klimaatverandering, soms figuurlijk in lange periodes van droogte, dan weer letterlijk door bosbranden, onweer en stormen met heel veel regenval. Maar ook de donkere wolken van menselijke gedragingen zoals egoïsme, overconsumptie, winstbejag, verdeeldheid, die ons sociaal samenleven op het spel zetten.
Jezus roept op tot bekering. Ook wij moeten ons bekeren om de donkere wolken af te wenden. Bekeren tot duurzaamheid, tot solidariteit met medemensen, tot sociale relaties die iedereen in waarde en waardigheid laten. Bekeren tot een God, die is, tot een God met open armen, tot een God die ons de Schepping als geschenk heeft gegeven, tot een God die iedere mens op deze aarde tot leven roept. En die bekering moeten we omzetten in daden van liefde zoals de heilige Vincentius à Paulo ons heeft voorgeleefd: liefde zij daad. Een mooie opdracht voor deze vastentijd: in welke daden kan ik mijn liefde voor medemens en milieu omzetten?
Klik hier voor een korte toespraak (Donkere wolken) van klimaatactiviste Greta Thunberg
Centraal, in het midden staat een tent. Je zou kunnen denken aan vakantie, camping, plezier hebben, rust. Maar je kunt ook denken aan de tentenkampen van vluchtelingen of van mensen die opgevangen worden na een ramp waarbij ze alles verloren hebben.
In de bijbel wordt het woord tent ook bedoelt als wonen, in een tent verblijven. Het Woord dat God is verbleef onder de mensen in een tent. We hoorden dat twee weken terug ook, de Ark van het Verbond welke in de centrale tent stond.
De tent op het hongerdoek zou dus Gods aanwezigheid kunnen symboliseren, zoals ook in Exodus is te lezen.De tentrand aan de linkerkant is voorzien van gouden arceringen verwijst eveneens naar Gods aanwezigheid, gesymboliseerd door de tent.
De tent is ook een verwijzing naar het ‘gemeenschappelijk huis’, de aarde waarop we als mensheid samen met alle andere schepselen leven. Paus Franciscus vraagt hier aandacht voor in de encycliek Laudato Si. Het is in ernstig gevaar!
Zo te zien heeft de tent geen scheerlijnen, is niet verankerd. De tent zal soms geen beschutting meer kunnen bieden en meegesleurd kunnen worden. Een onzekere toekomst voor de kinderen die er verblijven. Ook vluchtelingen gaan een onzekere toekomst tegemoet. Of mensen die noodgedwongen in een tent moeten verblijven omdat hun huis kapot geschoten is.
In de niet verankerde tent klinkt de situatie van vele slachtoffers van klimaat verandering, van verlies van natuurlijke hulpbronnen en levensruimte van de door oorlogsgeweld getroffenen, door.
De tent staat symbool voor een steeds mobielere fragielere en meer onzekere wereld. Het is een tijdelijke behuizing, met beperkte bescherming.
De tent kan dus op twee manieren worden uitgelegd. Enerzijds Gods beschermende aanwezigheid, maar aan de andere kant ook overgeleverd zijn aan de elementen van het weer, oorlog, of onzekere situaties die niet meer onder controle is.
Op de hongerdoek ziet u geen woestijn, maar wel een soort zandbank, of eerder een eiland uit zand, midden in het water. Op het eiland zijn kinderen actief, uit alle streken van deze wereld. We zien kinderen uit Brazilië, Nigeria, Afghanistan en India. Maar ook kinderen hier uit het westen. Alles bij elkaar lijkt het wel een soort Ark van Noach, maar dan in plaats van dieren… kinderen.
Het lijkt wel een of ander vakantiekiekje, maar wie verder kijkt zal zich toch de nodige vragen stellen. Hoe komen deze kinderen uit alle windstreken op dat eiland? En vooral, kunnen ze eraf? En zo nee, waarmee kunnen ze zich voeden, waar halen ze het water dat ze nodig hebben vandaan? Is er wel toekomst voor deze kinderen.
Kinderen kunnen misschien meer dan wij volwassenen nog dromen van de toekomst. Een toekomst die zij gestalte moeten geven door samen te dromen en daarna de handen uit de mouwen te steken. Maar alle kinderen op de hongerdoek zijn ook altijd iemands kind, iemands kleinkind. Het meisje vooraan in de rubberboot draagt een zwemband om haar arm met daarop de tekst ‘oma’.
Dat wijst ons erop, aan het begin van deze Vastentijd, dat wij een grote verantwoordelijkheid hebben voor de wereld die we onze kinderen en kleinkinderen nalaten. We zullen wat onze economie betreft, wat onze manier van leven betreft, wat onze omgang met het milieu betreft, toch over een andere boeg moeten gooien willen we onze kinderen en kleinkinderen nog een wereld nalaten waarop ze menswaardig kunnen leven. Mag de vastentijd ons de nodige inspiratie geven om nieuwe wegen te vinden.